Over
50 jaar op de geologische schaal is natuurlijk helemaal niks. Je slaat nog geen breuk in een pakje boter en een plooi is na 50 jaar nog niet mooi.
Een halve eeuwigheid hangen aan andermans wielen, als een balletje de wereld rond, stuiteren tegen wat ik tegenkom en me verwonderen over waar ik nu weer terecht kom. Terugkijken naar de mottenballen van weleer, ach, dat komt later nog wel eens. Ook al is het altijd aardig de vergeelde foto’s uit vervlogen tijden terug te zien. Van baby’tje via de gekwelde langharige puber, de naar lijnen in het landschap zoekende geoloog tot de grijzende en grijnzende 50’er op zoek naar recht en onrecht. Benieuwd waar de lijntjes, recht en krom, mij in de toekomst brengen.
50 years
Peace will come
With tranquility and splendor on the wheels of fire
Between the king and the queen of swords
Op zoek naar het voorouderlijk huis
Onlangs werd het identiteitsbewijs gestolen van Abel Milan, zoon van Igor Jasper, kleinzoon van Eric Cornelis, achterkleinzoon van Thee Jacob, achterachterkleinzoon van Jan. Niet dat je tegenwoordig een paspoort nodig hebt om de grens over te komen. Dat was in de jaren tien van de vorige eeuw wel anders. Toen was er nog gedegen paspoortcontrole en sterker nog, toen werd nog het alcoholpercentage gemeten van dranken die de grens overgingen, om zo de accijns te berekenen. In Limburg kon dat niet worden overgelaten aan de katholieken, daarom werden van Rijkswege protestanten gehuisvest, opdat er toch nog geld in de Rijkskas kwam. Een van deze beambten was die Jan, kommies bij de Rijksbelastingsdienst, die zo rond 1908 met toekomstig gezin vanuit zijn geboortestreek Friesland werd gestationeerd in Maastricht, met een tussenstop in Vlodorp en Eijgelshoven.
Een woning dichter bij de grens met België kon bijna niet, het rijtje Rijkswoningen die in 1904 gebouwd waren aan de Hertogsingel 28, 30, 32, 34. Net buiten het stadscentrum, aan een ruime wandelpromenade met kiezels, vlak bij het Emmaplein, waar de tram naar Visé stopte. Toenmaals aan de achterzijde uitzicht op de weilanden grenzend aan België. De kazematten, verdedigingswerken uit Napoleontische tijd, zojuist in die tijd weer opgebouwd, op korte afstand. De ondergrondse verbindingsgangen liepen net niet onder deze woningen door. Vier woningen in een blok, vrij smalle woningen met diverse kamertjes, ideaal om de rijksambtenaren te huisvesten. Zelfs nog toen er kinderen geboren werden. En op Hertogsingel 28 werden kinderen geboren: Jan Harmen op 15 september 1909, Thee Jacob op 15 september 1910 en Harm Ynze op 1 maart 1912. Nadat het trio jongens (maar het gezin nog niet) compleet was, werden de jongens op 8 april 1912 als package deal gezamenlijk gedoopt, waarschijnlijk in de protestante Sint Janskerk aan het Vrijthof. De les die zij van dominee R.G.J. Schouten meekregen was: “Laat de kinderken tot mij komen, verhindert hen niet, derzulken is het koninkrijk Gods.” Oud werd deze dominee, tevens lid van den Voogdijraad en godsdienstleraar voor de militairen, niet: hij overleed overigens plotseling op 41-jarigen leeftijd, in Roosendaal.
Maar terug naar het huis aan de Hertogsingel 28. Het Rijksarchief stelt zijn documenten beschikbaar 100 jaar na dato. In 2010 was het 100 jaar geleden dat mijn grootvader Theo geboren werd en zo kwam de familie via het geboortebewijs achter het geboortehuis: de rijkswoning Hertogsingel 28. Omdat ik rond Oud en Nieuw toch in Maastricht was, bezocht ik het bewuste pand.
Maastricht lag nog bedekt met een dikke laag sneeuw en vanaf het Koningin Emmaplein met de Emmakerk, half vervallen maar vrolijk in de steigers en langs de langverdwenen Halte du tram, liep ik de Hertogsingel in: een ruime allee: tweebaansweg met Iepen erlangs, met daarachter nog aan weerszijden een ventweg. De singel was in 1891 na de ontmanteling van de vestingwerken aangelegd als wandelboulevard: een grindpad met bomen erlangs. Het ruime Emmaplein maakte deel uit van de singelstructuur, om van een ontoegankelijke vestingstad een welkomsoord te maken. Thans is de Hertogsingel een doorgaande weg, met dusdanig veel verkeer dat de norm voor NOx ruim overschreden wordt. De gemeente Maastricht overweegt zelfs de straat voor autoverkeer af te sluiten. De praalwagens worden met carnaval inmiddels hier niet meer opgesteld.
Gezien vanaf het Emmaplein staan links woningen uit de jaren dertig. Rechts (even nummers) staan woningen uit de jaren tien van de 20ste eeuw, enkele panden zijn behuisd door een advocatenkantoor of vage vastgoedbedrijfje. Gebouwen opgetrokken uit brood baksteen met gele lagen, de balkonnetjes worden gedragen door sierlijke ornamenten. De ramen zijn geboogd en bevatten steens-mozaïeken. Het jaartal 1904 staat met grote boogletters op diverse gevels.
Op nummer 28 hangt de vlag van Hotel Iban. Vanaf de oprichting in 2005 het kleinste hotel van Maastricht: 6 kamers. De eigenares, Iban (zo wordt Ilse in het Spaans dat zij studeerde genoemd), die opendeed nadat ik had aangebeld, had niet veel tijd op oudejaarsdag, maar ondertussen liet ze me wel het hele pand zien en vertelde ze me wat zij vanaf 2000 toen ze het pand kocht te weet was gekomen. Lijkt me gezellig daar te verblijven als hotelgast. Ik ben daarvoor te laat. Eind 2011 is het hotel gesloten.
Het pand was 5 jaar geleden grondig tot een hotel verbouwd. De vorige eigenaar, de familie Coenen, had het pand (en zichzelf), vanaf 1964 totaal uitgewoond. Jammer dat de oorspronkelijke inrichting van het pand toen al geheel was aangepast aan de huidige tijden. De terrazo vloer in de gang was vervallen en met beton gerepareerd: de kinderen konden er fijn een helling af rolschaatsen. Hoe groot de wens ook was het huis in oude staat te herstellen: het was onbegonnen werk. De gang is nu betegeld. De open haarden en het glas in lood waren al door de vorige bewoners verwijderd of zodanig bewerkt dat sloop de enige optie was. De houtwurmen hadden de houten vloeren te pakken. Wat overblijft is een hotel met 6 hotelkamers. De eigenares wilde eerst een klein hotelletje, bed&breakfast met 3 kamers, maar de gemeentelijke eisen waren zo zwaar, dat ze de investeringen maar liever over 6 kamers spreidde.
Ik kwam nog te weten dat het pand in 1913 gekocht werd door de familie Haemeleers (zoals de helft van de Maastrichtenaren heet, de andere helft heet Coenen). Eenmaal helemaal enthusiast, kreeg ik te horen dat het pand in de loop der tijd hernummerd is. Ik heb dus niet het geboortehuis van Theo bezocht. Hertogsingel 28 was in 1910 2 panden verderop. Of dit linksom, of rechtsom was, is nog niet helemaal duidelijk. Zou het linksom zijn, dan is het geboortepand wel vastgelegd op de bouwtekening die de eigenaresse voor de grijp had liggen. Het gaat dan om het bouwplan voor 4 panden voor rekening van de Coöperatieve Bouwvereniging “Ons Belang” te Maastricht. Voor als je denkt dat dan een mooi beeld uit 2010 te zien is, kom je bedrogen uit. Die bewoners van nummer 32 hebben ook niets heel gelaten van de oorspronkelijke opzet. De woning daartussen, 30, is nog wel in oorspronkelijke staat. Wellicht daar nog eens een bezoekje brengen als duidelijk is wat het oude nummer 28 is.
Wat daar ook van zij, Jan en Janke verhuisden op 3 januari 1911 naar een huis vlak aan de Jeker, in Oud Vroenhoven. Dit pand staat er nu niet meer, maar de plek ademt nog wel de sfeer van vroeger, mits je de goede kant uitkijkt. Die plek is Champs Elyseesweg 38. Nu staat daar een lelijk jaren 80 gebouw, terwijl in de rest van de straat kapitale villa’s staan. Het uitzicht uit de jaren 10 van de vorige eeuw laat zich nog steeds raden: weilanden met op de achtergrond de Sint Pietersberg. Hoewel ENCI die berg aardig heeft uitgehold, is het landschap vanaf het pand niet veranderd.
Vader Jan en zijn echtgenote Janke, verhuisden op 8 mei 1912 naar Woerden, waar wellicht geen grensgeschil heerste, maar waar wel belasting gexefnd kon worden. Daar werden nog Adolf Anne, Jacob Anne Tjamme en André geboren. Je zal toch maar Diepfries zijn en al je kinderen worden in andere gewesten geboren, je kan ze dan op zijn minst een Friese naam meegeven.
Thee Jacob groeide verder op, werd schrijver en ging veel later in Amsterdam psychologie en archeologie studeren. Om ook nog geld te verdienen analyseerde hij de handschriften van sollicitanten en criminelen en werd hoofd personeelszaken bij diverse chocolade- en ziekenbedrijven.
Nageslacht